News

Met droefenis heeft ADO Den Haag kennisgenomen van het overlijden van oud-speler Ger Hup. De voormalig rechtsbuiten, die van 1960 tot en met 1963 voor ADO speelde, is 81 jaar geworden.

Veertienmaal kwam Hup in competitieverband uit voor het eerste elftal, waarin hij één keer scoorde. Blessureleed hield de balvaardige rechtsbuiten vaak buiten het keurkorps van de Zuiderparkers, in het tweede elftal toonde hij regelmatig zijn waarde.

Bij zijn eerste club, GDA, was Hup een talent van de buitencategorie. Als Eredivisionist werd ADO in het toernooi om de KNVB-beker op 19 april 1959 geconfronteerd met de Loosduinse amateurclub, die mede door Hup praktisch gelijkwaardig partij gaf. ADO nam weliswaar door doelpunten van Carol Schuurman en Guus Haak binnen twintig minuten een voorsprong van 2-0, maar daarna gooide GDA alle schroom van zich af. Vooral Hup was een ware plaag voor de verdediging van ADO, dat met de hakken over de sloot won met 2-1. Vele toeschouwers, die in het Zuiderpark aanwezig waren, hadden het na afloop eigenlijk over maar één man: Ger Hup.

Het was dan ook niet verwonderlijk dat Hup enkele maanden later de overstap maakte van de Loosduinse Emmastraat naar het Zuiderpark, waar hij weliswaar begon als vaste kracht van de selectie van het eerste elftal, maar daarin uiteindelijk geen basisplaats veroverde. Technisch was hij uiterst vaardig, maar fysiek viel het hem niet mee. Bovendien was hij blessuregevoelig. In de zomer van 1963 verhuisde Hup naar Holland Sport. Daarna kwam hij als prof nog uit voor het Haarlemse EDO en RCH (Heemstede). Hij sloot zijn actieve voetballoopbaan af bij RVC.

Na zijn actieve voetballoopbaan wierp Hup, die te boek stond als een enorme voetballiefhebber, zich op het trainerschap. Hij diende diverse amateurclubs, waaronder Celeritas en Verburch.

Op bovenstaande foto zit Ger Hup gehurkt aan de linkerkant.