Dojcin Perazic: voor altijd ‘De Man van de Voorzet’

Met droefenis vernam ADO Den Haag het overlijden van oud-speler Dojcin Perazic. Hij overleed op de leeftijd van 76 jaar. In de zomer van 1974 kwam Perazic van het Joegoslavische Vojvodina Novi Sad naar FC Den Haag. Hij kwam tegelijk met Vujadin Boskov, die toen in het Zuiderpark aantrad als trainer en opvolger van Evert Teunissen. Dojo, zoals zijn bijnaam luidde, is de geschiedenis ingegaan als ‘De man van de voorzet’. Hiermee wordt de assist die hij gaf tijdens de finale van de strijd om de KNVB-beker op 15 mei 1975 in de Rotterdamse Kuip tegen FC Twente. Zijn voorzet op schutter Henk van Leeuwen was voldoende om geheel onverwacht de finale met 1-0 te winnen.

Perazic was al 28 jaar, toen hij zijn vaderland mocht verlaten om elders in Europa als voetbalprof zijn geld te verdienen. In het toenmalige oostblok was dat de leeftijd waarop de overheid zijn onderdanen toestond hun geluk buiten de landsgrenzen te beproeven. Perazic liet zich in Den Haag kennen als een tactisch en fysiek sterke middenvelder met een afgemeten pass in de benen. Hij was ook, zeker in het begin, een verlengstuk in het veld van trainer Vujadin Boskov. Weldra kon hij goed overweg met zijn teamgenoten, met name Aad Mansveld en Henk van Leeuwen.

Bijzonder was de eerste ontmoeting tussen Mansveld en Perazic. Mansveld revalideerde toen van zijn zware enkelblessure, die er de oorzaak van was, dat hij als speler van Oranje het WK 1974 moest missen. Vlak voor de eerste oefenwedstrijd ter voorbereiding op het seizoen 1974-1975 in Voorschoten tegen Randstad Sport (één van de rechtsvoorgangers van SV Voorschoten’94) vroeg Perazic aan Mansveld in gebaar, wanneer deze weer kon spelen. Verbaal kon het niet duidelijk worden gemaakt, waardoor Mansveld zijn schoen en sok uitdeed en Perazic vervolgens wees op de in het gips verpakte enkel. Deze communicatie vormde overigens wel het begin van een hechte vriendschap.

Na een stroeve aanloopperiode ontpopte FC Den Haag tot een gedreven en gevreesde ploeg, waarin doelman Ton Thie, aanvoerder Aad Mansveld en de veel scorende Henk van Leeuwen tot de meest spraakmakende krachten uitgroeiden. Daarbij leverden ook onder anderen Joop Korevaar, Simon van Vliet, Leo de Caluwé, Rob Ouwehand, Aad Kila, Leen Swanenburg, Martin Jol, Hans Bres, Ron van Baaren en Roger Albertsen onmiskenbaar een belangrijke bijdrage. Later, vanaf zomer 1976, kreeg FC Den Haag nog meer betekenis, na de terugkeer van Lex Schoenmaker van Feyenoord. Het leidde tot successen in de competitie, in het toernooi om de KNVB-beker en onvergetelijke wedstrijden in het Europa-Cuptoernooi voor bekerwinnaars (tegen Vejle BK, RC de Lens en West Ham United).

Toen Vujadin Boskov in de zomer van 1978 trainer werd van Feyenoord, bleef Perazic bij FC Den Haag. Onder Boskovs opvolger Anton Malatinsky nam de successenreeks van FC Den Haag geleidelijk af. Perazic werd toen van tijd tot tijd geplaagd door slepend blessureleed. Uiteindelijk vertrok hij in 1978 naar België, waar hij eerst speler-trainer werd en nadien trainer. Als zodanig diende hij Heist, Tienen, Stade Leuven, Verbroedering Geel, Aarschot en Beringen. Later werd hij nog trainer van FC Antwerp. Het leven in België beviel hem goed en bleef er wonen, werken en zich zelfs liet naturaliseren tot Belg. Zijn pensioen als trainer haalde hij echter niet en verdiende zijn brood een tijd als taxichauffeur.

Voor FC Den Haag speelde Dojcin Perazic 116 competitiewedstrijden, waarin hij acht doelpunten maakte. Hij kwam voorts in tien wedstrijden uit voor de KNVB-beker, zes duels in de Europa Cup II en in 41 vriendschappelijke ontmoetingen. In totaal droeg hij 179 keer het shirt van FC Den Haag.
In 2005 verscheen het boek ‘De Haagse jaren van Dojo Perazic’, geschreven door Ernest Landheer.

Ons medeleven gaat uit naar zijn nabestaanden, die wij alle sterkte toewensen bij het verwerken van het verdriet over het grote verlies.