ADO Den Haag in de Maatschappij en st. Lezen en Schrijven zorgen voor Taal voor het leven

Naar schatting zijn er in Den Haag ongeveer 60.000 mensen laaggeletterd. Dit kan je buurman zijn of de persoon die naast je zit in het stadion. Om deze reden zijn ADO Den Haag in de Maatschappij en Stichting Lezen en Schrijven meerdere projecten aangegaan om het fenomeen laaggeletterdheid bespreekbaar te maken en aan te pakken. Vier weken op rij komt er een groep vrijwilligers naar het Kyocera Stadion voor een training om laaggeletterde personen naar een hoger taalniveau te helpen.
Er zijn al verschillende wervingsacties geweest voor cursisten en vrijwilligers en daarom komt Stichting Lezen en Schrijven nu met een basistraining Taal voor het Leven. Deze cursus wordt gegeven aan vrijwilligers. Vier weken achter elkaar krijgen zij les van een professionele trainer.

De Taalcursus zorgt ervoor dat de vrijwilligers weten hoe zij volwassenen die laaggeletterd zijn, kunnen helpen. Onder de doelgroep van laaggeletterden vallen mensen die Nederlands als moedertaal hebben, mensen die Nederlands als tweede of derde taal hebben en ook mensen die wel Nederlands kunnen spreken en begrijpen,  maar die het niet goed kunnen lezen en schrijven. De motivatie van de vrijwilligers om aan dit project mee te doen is vooral maatschappelijke verantwoordelijkheid en kennis overbrengen naar anderen.

De professionele trainer is Ria van Adrichem, bij wie de interesse voor lezen en schrijven niet uit de lucht komt vallen. Zij verklaart: “Taal is de motor van het leven, zonder dat iemand kan lezen en schrijven is het leven een gevangenis”. Van Adrichem schrijft boeken voor volwassenen, want als mensen moeite hebben met lezen moet de literatuur wel op maat zijn, er kan niet geleerd worden uit een kinderboek. Als schrijver en uitgever bij De Stiep Educatief, heeft zij al veel makkelijk te lezen boeken speciaal voor volwassenen uitgegeven. Ook voor de vrijwilligers wordt er vanuit de Stichting Lezen en Schrijven materiaal aangeleverd, zodat de vrijwilligers niet met lege handen staan als zij in de praktijk aan de slag gaan. Dan kunnen ze beschikken over goed en geschikt materiaal om laaggeletterden te ondersteunen bij het verbeteren van hun taalvaardigheid.

Daphne van den Bree